Van onze vrijwilliger Dirk Hiemstra - Libellen in het Fochteloërveen
Maar liefst 75 vrijwilligers zetten zich met hart en ziel in voor het Fochteloërveen. Ze helpen mee met het beheer, monitoren diverse soorten planten en dieren, geven excursies of ontvangen bezoekers in het natuurgebied en vertellen meer over de mooiste routes. Dirk Hiemstra is een van deze vrijwilligers die de libellenpopulaties van het Fochteloërveen in de gaten houdt. Wij zijn hartstikke blij en dankbaar voor al die uren die hij in ons gemeenschappelijk doel steekt: zorgen voor de natuur in Nederland. Graag deelt hij zijn bevindingen.
Het Fochteloërveen is een leefgebied voor vele insecten. De waterkwaliteit is uniek doordat regenwater wordt opgevangen in het hoogveen en er geen instroom van oppervlaktewater plaatsvindt. Deze bijzondere natte omstandigheden maken het Fochteloërveen onder andere zeer aantrekkelijk voor libellen.
Het hoogveen is van onschatbare waarde voor vier libellensoorten. De Venglazenmaker, Noordse Glazenmaker, de Maanwaterjuffer en de Hoogveenglanslibel. De eerste drie soorten tref je overal aan in het Fochteloërveen. Maar de vierde, de unieke Hoogveenglanslibel wordt in het hoogveen helaas nog maar incidenteel aangetroffen.
Al deze soorten worden gemonitord, zodat we een goed beeld krijgen van de diversiteit en aantallen soorten. Naast de grootschalige SNL (Subsidiestelsel Natuur en Landschap) inventarisaties in het hoogveen, vinden in het voorjaar en de zomer tweewekelijkse libellen tellingen plaats op vastgestelde routes.
Voor de specifieke Hoogveen libellensoorten is het vasthouden van zuiver regenwater in combinatie met veenvorming van levensbelang. Zo is van de Noordse Glazenmaker bekend dat deze als larve eerst twee tot vier jaar onder water leeft in veenmosvegetaties, voordat ze uitsluipen en twee maanden rondvliegen als libel. Verdroging van het hoogveen heeft grote invloed op de overlevingskansen van deze soort, maar ook op alle andere libellensoorten in het Fochteloërveen. Waar je tot voor enkele jaren geleden nog honderden Smaragdlibellen of duizenden (!!) Noordse Witsnuiten bij elkaar in het hoogveen aantrof, hebben de afgelopen hete zomers er flink in gehakt. De aantallen zijn gigantisch teruggelopen. Voor de Venglazenmaker geldt zelfs dat de populatie met 75% is teruggelopen, de Noordse Glazenmaker (voorheen plaatselijk algemeen) wordt amper meer gezien en de Maanwaterjuffer is in aantallen gehalveerd.
De belangrijkste bedreiging voor deze fantastische insecten is het gebrek aan regenwater. De afgelopen zomers waren erg droog, waardoor het hoogveen verdwijnt. Combineer je dat met het steeds verder vergrassen van het veen door te hoge concentraties stikstof dan moet er echt wat veranderen. Ik word dan ook blij van de plannen van Natuurmonumenten om het regenwater weer beter vast te houden in het Fochteloërveen en kijk reikhalzend uit naar de effecten hiervan op libellenpopulaties.